ZUS mag slechts bij uitzondering een partner van een bedrijf ondervragen
Dit heeft het Hooggerechtshof bepaald in zijn arrest van 27 augustus 2024 (II USKP 49/23).
In de onderhavige zaak ging het om een vennoot van een vennootschap met beperkte aansprakelijkheid met twee vennoten. Desondanks erkende ZUS dat hij als vennoot in een eenpersoonsvennootschap met beperkte aansprakelijkheid sociaal verzekerd was. De vrouw had oorspronkelijk een eenmanszaak en was op basis daarvan sociaal verzekerd. Vervolgens richtte zij een vennootschap met beperkte aansprakelijkheid op, waarin zij 99 aandelen had en de tweede partner 1 aandeel. De partners deelden de verantwoordelijkheden en voerden gezamenlijk het bestuur en de zaken van de onderneming uit. De appellant was verantwoordelijk voor de boekhouding en de administratie, terwijl de andere vennoot de nodige inkopen deed, toezicht hield op de werknemers en hen instructies gaf.
RP