De toekomst is elektrisch, ja. Maar we moeten allemaal de uitdaging aangaan.

Wat is het verband tussen telecommunicatie en elektrische mobiliteit? De Wereldtelecommunicatie- en informatiemaatschappijdag, die op 17 mei wordt gevierd, is veel meer dan een technologisch evenement. Het is een tijd om na te denken over de rol die digitale infrastructuren spelen bij de transformatie van onze samenlevingen en bij het aanpakken van de grote uitdagingen van de 21e eeuw. Eén van deze uitdagingen is ongetwijfeld de energietransitie en het koolstofvrij maken van transport. En hierbij is het belangrijk om het duidelijk te zeggen: zonder robuuste telecommunicatie is er geen toekomst voor elektrisch vervoer.
Tegenwoordig is elektrisch vervoer niet langer alleen maar een extraatje of een trend – het is een keuze die een strategische visie, overheidsinvesteringen en intersectorale coördinatie vereist. Juist hier vervullen informatie- en communicatietechnologieën een structurele rol. Moderne elektrische mobiliteit wordt immers niet alleen gerealiseerd met elektrisch aangedreven voertuigen, maar vooral met slimme netwerken, interoperabiliteit tussen systemen, open digitale platformen en realtime data, ten dienste van de burger en duurzaamheid – dát is technologie.
Laten we het voorbeeld van het laadnetwerk nemen. De effectiviteit van het netwerk is steeds meer afhankelijk van communicatiesystemen die zorgen voor intelligent energiebeheer, bezettingsvoorspellingen, realtimerespons op piekvraag en prijstransparantie. Connectiviteit wordt een cruciale infrastructuur voor het functioneren van het ecosysteem. Als we dit negeren, brengen we in zekere zin de efficiëntie van de investeringen die al worden gedaan in duizenden laadstations in gevaar.
Ook de interoperabiliteit tussen laadpuntbeheerders, energieleveranciers en voertuigfabrikanten werd tot nu toe gewaarborgd door een model dat neutraliteit, transparantie en universele toegankelijkheid garandeert. Dankzij de ervaring met het openbare elektrische mobiliteitsnetwerk kan iedere burger zijn voertuig overal in het land opladen, zonder dat er een contract nodig is (in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht) en met volledige interoperabiliteit. Juist deze architectuur zorgt voor territoriale cohesie, consumentenbescherming en gezonde concurrentie tussen aanbieders. Als we dit model zouden veranderen in naam van volledige liberalisering, zouden we het risico lopen dat het systeem gefragmenteerd raakt, dat er zones van technologische uitsluiting ontstaan en dat het principe van energierechtvaardigheid in gevaar komt. Het gaat niet alleen om een keuze van het management, maar ook om een visie voor het land.
Door deze datum te markeren, erkennen we ook dat er geen energietransitie is zonder digitale transitie. En dat beide afhankelijk zijn van weloverwogen, moedige keuzes die gericht zijn op het algemeen belang. Elektrische mobiliteit is niet zomaar een sector waarin innovatie centraal staat. Het moet een oplossing zijn die daadwerkelijk een impact heeft op het leven van mensen, steden, de economie en het milieu.
Wij hebben de middelen. De technologie bestaat. Kennis is beschikbaar. We moeten agenda’s formuleren en strategieën op elkaar afstemmen. De mobiliteit van de toekomst zal elektrisch, verbonden en slim zijn – maar alleen als iedereen de uitdaging aangaat.
Medeoprichter en CTO van miio
sapo