Genocide Israëlisch leger valt Westelijke Jordaanoeverstad Nablus binnen

De aanvallen van Israël op het noorden van de Westelijke Jordaanoever, die het land op 21 januari lanceerde en waarvan het zijn gebied geleidelijk uitbreidt, gaan door.

Het Israëlische leger heeft een aantal gebieden in de stad Nablus op de Noord-Westelijke Jordaanoever binnengevallen.

Volgens informatie van ooggetuigen doorzochten Israëlische soldaten tijdens de inval een aantal huizen en arresteerden ze veel Palestijnen.

Israëlische troepen voerden ook een reeks invallen uit in verschillende delen van de Westelijke Jordaanoever; huizen en winkels aangevallen.

Israëlisch leger trekt zich terug uit de stad Kabatiye, waarbij het enorme verwoestingen achterlaat

Aan de andere kant hebben Israëlische soldaten volgens ooggetuigen veel Palestijnen gevangengenomen, straten en winkels verwoest en zich volledig teruggetrokken uit de stad Kabatiye, ten zuiden van Jenin, na 48 uur van aanvallen.

Volgens informatie van gezondheidsbronnen raakten twee Palestijnen gewond tijdens de aanval van het Israëlische leger op Kabatiye. Er werd gemeld dat één van de gewonden die naar het ziekenhuis werd gebracht, er ernstig aan toe was.

In een schriftelijke verklaring van de gemeente Kabatiye werd gesteld dat alle ingangen van de stad tijdens de Israëlische aanval waren vernietigd; Er werd gemeld dat de riolering, elektriciteit, water en telefoonlijnen beschadigd waren.

In de verklaring werd vermeld dat het Israëlische leger honderden winkels gedeeltelijk of volledig heeft verwoest.

Op 23 februari viel het Israëlische leger Kabatiye binnen, kondigde een avondklok van 48 uur af en stuurde bulldozers naar de stad.

Nadat op 19 januari een staakt-het-vuren en een gevangenenruil met Hamas in de Gazastrook werd bereikt, breiden de Israëlische aanvallen op het noorden van de Westelijke Jordaanoever, die op 21 januari begonnen, zich met de dag uit.

Israëlische soldaten voeren hun aanvallen, die al meer dan een maand aan de gang zijn, uit op vluchtelingenkampen in de regio, met name in Jenin, Tulkerim en Tubas.

Volgens het Ministerie van Volksgezondheid verloren 61 Palestijnen het leven bij deze aanvallen, raakten duizenden mensen gedwongen ontheemd en werden huizen, eigendommen en infrastructuur in het gebied verwoest.

Terwijl Israël de spanningen in de regio bleef opvoeren, trok het op de avond van 23 februari met tanks de Westelijke Jordaanoever binnen en viel het het vluchtelingenkamp Jenin in het noorden aan.